<<


    Facts

POPCORN MUSIC MET THEO DUMOULIN
Popcorn muziek is een exclusieve en grotendeels onbekende dansmuziek uit de fifties en sixties.
Het kende een grote populariteit in België in de zeventiger en tachtiger jaren.
Ook enkele Nederlandse discotheken hebben deze exotisch aandoende muziek een aantal jaren omarmd.
Nu het genre alweer een aantal jaren uitgestorven lijkt, blaast RADIO 192 middels het programma : Theo Dumoulin's popcorn-show elke zaterdagavond van 20.00 tot 22.00 de popcorn-muziek weer leven in.

POPCORN OLDIES
De term "Popcorn" slaat op de speciale dansmuziek die vanaf het eind van de zestiger jaren in Belgische discotheken beroemd is geworden.
Ook enkele Nederlandse discotheken - met name in en om Tilburg - hebben het exclusieve genre vanaf het midden van de zeventiger jaren onder de aandacht van het publiek proberen te brengen.
Eigenlijk is het genre uitgestorven op het eind van de tachtiger jaren. De muziek waar het om gaat, de zogenaamde popcorn oldies, stamt uit de periode 1954-1967.
Vooral de Verenigde Staten was de bakermat van het genre. Het hoogtepunt van de muziek zelf lag waarschijnlijk in 1961 en 1962.
Popcorn-muziek is ontzettend dansbaar, omdat het veel rhythm & blues en Latijns-Amerikaanse invloeden kent.
Popcorn-oldies zijn niet eenvoudig te karakteriseren. Popcorn-oldies laten zich misschien het best omschrijven als een zwoele melange van doo wop, vooral soul en rhythm & blues, cha cha, en ook een beetje highschool rock & roll.
Iets later zijn daar nog ska en reggae invloeden bij gekomen. Maar popcorn oldies zijn vooral soul. Het geheel zorgde voor een exclusieve sfeer van een, volgens sommigen, obscure nachtclub in New York.
Simpelweg kan wellicht volstaan worden, door te stellen dat de popcorn sound de voorloper is van de soul, en dus van de disco, de hip hop, de rap en de house.

POPCORN DISCOTHEKEN
De term popcorn oldies is ontleend aan de naam van de eerste discotheek in België die vanaf 1970 en 1971 deze muziek zo prominent naar voren bracht.
Deze discotheek in Vrasene (bij Antwerpen), "The Popcorn" geheten, was alleen op zondagmiddag open en trok een publiek dat van verre kwam.
Italianen, Nederlanders, Vlamingen en Walen, Duitsers, Luxemburgers en Fransen vergaapten zich aan het popcorn spektakel.
Maar eigenlijk was "The Groove" in Oostende al in 1968 - toen Marvin Gaye daar resideerde - begonnen met het importeren van soul-muziek uit de Verenigde Staten.
Want dat werd iedereen al snel duidelijk, dat de goede en exclusieve dansmuziek geïmporteerd diende te worden; het werd namelijk normaal niet uitgebracht in België, Frankrijk of Nederland.
Later volgden andere Vlaamse discotheken als The Golden Gate, De Viertap, The Champou en The Gnoumfy het voorbeeld van The Popcorn. In Nederland was Castell in Tilburg de eerste die het genre rijkelijk aan bod liet komen.
Maar dit was pas in 1975. In 1977 volgde een andere Tilburgse discotheek, The Talk of the Town, het voorbeeld van Castell.
De bakermat was gelegd en de oldies markt ging in ieder geval in Vlaanderen en Wallonië een eigen leven leiden.
Het gegeven dat popcorn oldies niet vrijelijk verkrijgbaar waren, gaf aan de muziek een eigen en exclusief karakter.
Soms zelfs werden door de disc-jockeys de etiketten van singles en elpees afgeplakt met een bierviltje, om de exclusiviteit te waarborgen.

OPVALLEND RITME
Luisterend naar echte popcorn oldies, valt snel het slowe, off beat, cha cha achtige soulritme op.
Aangezien vooral de cha cha cha, maar ook de mambo en de rhumba, nogal populaire dansen waren op het eind van de vijftiger jaren, is het niet vreemd dat destijds veel producers van andere eigentijdse muziek, iets van die rage probeerden mee te pikken.
Ook de calypso, de bop en de twist zijn terug te horen in popcorn oldies, zelfs als het om rhythm & blues ging.
Veel grote artiesten uit het begin van de zestiger jaren hebben dan ook rond 1960 een nummer opgenomen dat geldt als een popcorn oldie.
Chubby Checker (de naam is een parodie op de naam van Fats Domino), Sam Cooke, Elvis Presley, Doris Day, Curtis Mayfield, Cliff Richard, Trini Lopez en zelfs The Beatles ("Live at the BBC") zijn voorbeelden van die artiesten.
Maar het zijn vrijwel nooit grote hits geworden.
Maar dat geldt in zijn algemeenheid voor popcorn oldies; het zijn geen veelverkochte platen geweest in de VS, laat staan daar buiten.
Vaak ging het alleen om promo's, die alleen beschikbaar werden gesteld aan platendraaiers.
Het verklaart de exclusiviteit van het genre, temeer omdat het artistiek toch vaak om attractieve songs gaat.
De grote evergreen van Neil Sedaka, "Oh Carol", wordt ritmisch onderbouwd met een popcorn-achtig ritme, maar wordt niet als een popcorn oldie beschouwd.
Het is te bekend, te gewoon dus en te weinig 'zwart'.
Het antwoord op dit liedje van Carole King, treffend "Oh Neil" geheten (een 'answer song' dus), is wat dat betreft een stuk exclusiever ...

DANCABLE COLLECTORS ITEM
Dat langzame off beat ritme in popcorn oldies resulteerde ook in een populaire soulswing op de dansvloer van de popcorn-discotheken.
Hiervoor moesten disc jockeys soms het toerental van platen wat verlagen (soms wel 7 of 8 procent), om ze wat beter in het popcorn-ritme te krijgen.
Platen die nu nog steeds als collectors items gelden, tenminste als het om het originele 45 toeren singletje gaat. Maar dat is een algemene tendens onder verzamelaars, om vinyl zo hoog in geld te waarderen temidden van CD's en mp3-files. Twee honderd of zelfs vijf honderd dollar voor een originele popcorn oldie vormt geen belemmering voor de hard core verzamelaar.
"Boston Monkey" van The Hustlers, "Bring Back Your Heart" van The Del-Vikings en "Toy Soldier" van The Dramatics zijn zo van die dure singles.
Popcorn kent daarom een harde kern van verzamelaars die zeer zorgvuldig omspringen met hun parels van vinyl.
Niet alleen in België; ook in Nederland, Frankrijk, Italië en de Verenigde Staten.

ONBEKENDE EN BEKENDE ARTIESTEN
De echte popcorn oldies zijn van redelijk onbekende artiesten als Major Lance, The Marketts, de broers Billy & Jerry Butler, Chuck Jackson, Jerry Cole, Tommy Hunt & The Flamingo's, The Pentagons, James Carr, Lovelace Watkins, Garnet Mimms en Titus Turner. Het zijn geen van alle artiesten die een grote bekendheid genieten in Europa. Maar ook The Temptations, The Four Tops, Diana Ross & The Supremes, Marvin Gaye en William "Smokey" Robinson - zeg maar de hele Tamla Motown stal - hebben popcorn oldies gemaakt. Maar - nogmaals - de liedjes zijn alleen bekend bij liefhebbers van het genre. Toen Tamla Motown echt bekend werd in de wereld als een broedplaats van soul, was het popcorn-ritme reeds verlaten. Perez Prado, Xavier Cugat, Willie Bobo, Tito Puente, Edmundo Ross, Esquivel en Mongo Santamaria gaven invulling aan de Latino-invloed op het popcorn genre. Vrijwel niemand die niet in die speciale discotheken is geweest of de verzamelplaten (eerst op vinyl later op CD) heeft, zal de echte popcorn oldies kennen. Alleen enkele Waalse en Vlaamse radiostations kenden destijds een popcorn uurtje.

BUBBLING UNDER
Popcorn oldies worden ook wel boppin' oldies genoemd, of soms alleen als oldies omschreven. In Brabant werd popcorn-muziek in het begin ook wel Retie-muziek genoemd. Veel Tilburgse discotheekgangers gingen midden zeventiger jaren op zondagmiddag naar de plaats Retie in de buurt van Turnhout. In Retie was een beroemde discotheek, "The Golden Gate" (nog eerder bekend als "Seven Arts"), die ook popcorn-oldies serveerde in een obscure nachtclub-achtige ambiance. Het zendschip (toen nog) Radio Veronica heeft slechts enkele programma' s samengesteld rond de popcorn-oldies en dan nog alleen in een reeks programma's in 1973, die door een gast d.j. (ondergetekende) werden samengesteld en gepresenteerd. In Amerika kent men popcorn oldies niet echt, maar wordt wel eens de term "mid tempo soul" of "mellow soul" hiervoor gebruikt. Amerikaanse platenverzamelaars proberen wel de verzamelaars aan de andere kant van de oceaan te bedienen, door hun exclusief vinyl materiaal als 'Belgian Popcorn' herkenbaar te maken. Dit helpt een beetje als je op Internet wilt zoeken. Goed zoekend in de boeken van het gezaghebbende Record Research Inc (samengesteld door Joel Whitburn), kan men soms popcorn oldies terug vinden, tenminste als de titels en artiesten gekend zijn. Hitnoteringen zijn zoals gezegd laag of meestal niet eens terug te vinden. Wat meer popcorn oldies staan in Joel Whitburns "Bubbling Under The Hot 100". Ook de prijzen van het originele vinyl materiaal worden in dit boek vermeld, weliswaar een stuk beneden de echte marktwaarde. In Veronica's Hitdossier vindt men ook slechts weinig of geen popcorn oldies terug. Door Vlaamse en Brabantse discotheek-invloeden zijn op het eind van de zeventiger jaren nog popcorn platen als "Leaving Rome" van JoJo Bennett en "Summertime" van Gene Latter & The Shake Spears als bubbling under of klein hitje bekend geworden. Als zodanig vermeldt het Hitdossier ze.

Theo Dumoulin - Tilburg Auteursrechten voorbehouden